BTW op logistieke diensten – complex verhaal?

warehouse

Het Europese Hof van Justitie heeft recent zijn licht geschenen over de btw-behandeling van samengestelde logistieke diensten. In de zaak Donnelley ging het om een Poolse logistieke dienstverlener, RR Donnelley Global Turnkey Solutions. Dit bedrijf verricht voor haar internationale klanten diverse logistieke diensten, zoals opslag, distributie, verpakken, ompakken en kwaliteitscontrole van producten.

Donnelley wilde de diensten behandelen als export naar het land van de opdrachtgever en aldus zonder (Poolse) BTW factureren. Volgens de belastingautoriteiten is de opslag van goederen een dienst die betrekking heeft op onroerend goed -zoals ook huur zo’n dienst is- en dergelijke diensten zijn belast in het land waarin het onroerend goed zich bevindt. Het Europese hof maakt onderscheid tussen diensten die in relatie tot de opslag bijkomende diensten zijn (laden, lossen, inslag, plaatsing) en overige diensten. De eerste groep -inclusief de opslag zelf- heeft volgens het hof betrekking hebben op onroerend goed:

“(…) indien de opslag de hoofddienst van één enkele handeling uitmaakt en aan de afnemers van die dienst een gebruiksrecht op een uitdrukkelijk bepaald onroerend goed of een gedeelte daarvan verleend wordt.”

Deze uitspraak is relevant voor allerlei logistieke dienstverleners en hun opdrachtgevers, maar met name bij diensten waarbij goederen in aparte, afgebakende ruimtes worden opgeslagen (farmaceutische producten, gevaarlijke stoffen, diepvriesproducten).

Wat betekent dit nu precies voor de praktijk? De btw-specialisten van PwC organiseren hierover op 16 september a.s. een workshop in samenwerking met Nederland Distirbutieland/Holland International Distribution Council (zie website NDL/HIDC) over deze materie en andere actualiteiten. Aanmelden kan via NDL/HIDC en/of via PwC. Ik ben erbij.

Deel dit artikelShare on LinkedInTweet about this on TwitterShare on FacebookShare on Google+Email this to someone

< >